Zusjes in de na-oorlogse stadsuitbreiding

Na de grote oorlog werden in snel tempo overal in Europa enorme stadsuitbreidingen gerealiseerd, in afgelegen gebieden bij een grote stad: Amsterdam kreeg na Nieuw West zijn Bijlmer (foto boven) en Toulouse Le Mirail. Er werd gebouwd volgens de CIAM-principes van voor de oorlog: uniforme bouw, liefst hoog, scheiding van verkeer, werken, wonen en recreatie. Le Mirail stond er eerder dan de Bijlmer (start bouw 1966) en werd getekend door leerlingen van Le Corbusier, de grote voorman van CIAM. Het was een mengsel van ´Bijlmerflats, laagbouw en middenhoog. In de Bijlmer kwam de variant van 4 woonlagen niet voor. Dat vond Nassuth, de ontwerper en leerling van Van Eesteren, ook een belangrijk CIAM-man,  helemaal niks. Het zou de privacy schenden – hoog kon bij laag naar binnen kijken – en was natuurlijk niet modern: geen liften bijv. Nassuth koos voor 90% hoogbouw en 10% laagbouw.

Inmiddels zijn beide stadsuitbreidingen voor een belangrijk gedeelte gesloopt. De overheid en zijn corporaties slaagden er niet in de wijken voor verloedering te behoeden. Na 1975 was het ook gedaan met de liefde voor hoogbouw: de toenemende migratie van arbeiders overzee – gewenst om de laag betaalde arbeid te verrichten – dwong de overheid tot nog meer nieuwbouw, die veelal in eengezins laag werd gerealiseerd. Daar ging de autochtone burger wonen. De migranten werden de nieuwe bewoners van de hoogbouw. En natuurlijk bleven ze daar hangen toen de werkloosheid onder hen toenam, samen met de armen onder de autochtonen. Het leverde op termijn sloop op – om de armoede te deconcentreren -, en later kwamen er rellen, hoewel laatste niet in de Bijlmer en ook niet in Toulouse, zover we weten.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s